'Na gedane arbeid is het goed rusten': het is logisch dat we na een periode van hard werken tijd en rust nodig hebben om te herstellen. Bij arbeid gaat het vaak om dagelijks terugkerende inspanningen, die op zich niet schadelijk hoeven te zijn. Doordat ze echter regelmatig terugkeren, kan dit na verloop van tijd stressreacties oproepen. Of dit het geval zal zijn, hangt onder andere af van de mogelijkheden tot herstel tijdens en vooral ná het werk. Herstel kan worden omschreven als 'het proces om de door inspanning geactiveerde psychofysiologische systemen weer te doen terugkeren naar hun uitgangsniveau' (cf. Meijman & Mulder, 1998). Een verhoogde hartslag en bloeddruk kunnen bijvoorbeeld een adaptieve reactie op hoge werkdruk zijn voor de duur van de inspanning. Als de taakeis verdwenen is, en de werknemer ervaart geen werkdruk meer, dan zullen de hartslag en bloeddruk weer terugkeren naar hun normale waarden bij voldoende herstel. Dit proces wordt ook wel homeostatische regulatie genoemd. Wanneer de hersteltijd echter onvoldoende is en zich een nieuwe, veeleisende situatie voordoet, zal een tweede beroep op deze systemen worden gedaan. De werknemer moet daardoor extra inspanning leveren met een nog hogere hartslag en bloeddruk tot gevolg. Dat deze verhoogde psychofysiologische reacties op hun beurt weer hogere eisen stellen aan het herstel, behoeft geen betoog. Aldus kan een cumulatief proces op gang komen, waarbij het psychofysiologische systeem de norm steeds verder moet aanpassen om iedere keer de vereiste inspanning te kunnen leveren. Deze aanpassing wordt door McEwen (1998) allostatische regulatie genoemd. Werkstress bevordert aanpassing, maar langdurige, terugkerende inspanning zonder adequaat herstel leidt tot allostatische belasting met mogelijk chronische stressreacties als extreme vermoeidheid, depressie en slaapklachten tot gevolg. Op deze wijze is het 'na gedane arbeid slecht rusten'.