Het overwaaien van bestrijdingsmiddelen bij bespuitingen in de bloembollenteelt, als mogelijke bron van verontreiniging van waterlopen, is onderzocht. De methoden voor het meten van de depositie van de voorbeeldstoffen esfenvaleraat, chloridazon en Brilliant Sulfoflavine op verschillende collectoren zijn getoetst. In de drie veldproeven nam de aërieke depositie buiten het gewas af tot respectievelijk 0,6%, 0,9% en 2,1% van de dosering op de benedenwindse slootrand (op 3 u 4 m afstand). De aërieke depositie op het wateroppervlak (op ongeveer 5 m afstand) lag rond 0,5% van de dosering. Een spuitvrije zone van 4 u 5 m breedte levert een grote bijdrage aan het verminderen van overwaaien van spuitvloeistof naar de waterlopen.