Search

Dat er genetische resistentie voor dwergvergelingsvirus was bij gerst, was al enkele decennia bekend. Maar het probleem werd vooral preventief aangepakt met insecticiden. Recent kwam daar noodgedwongen verandering in. Bij UGent bekeek men hoe sterk de bestaande tolerantiegenen zijn.

Behoorlijke tonnages, maar geen topjaar voor wintertarwe ; Opbrengst triticale ondervond locatie-effecten.

Heeft laat zaaien van een groenbedekker nog nut ? ; Inzaaien tot 31 oktober.

During the last decade, there have been many advances in research and technology that have greatly contributed to expanded capabilities and knowledge in detection and measurement, characterization, biosynthesis, and management of mycotoxins in maize. MycoKey, an EU-funded Horizon 2020 project, was established to advance knowledge and technology transfer around the globe to address mycotoxin impacts in key food and feed chains. MycoKey included several working groups comprising international experts in different fields of mycotoxicology. The MycoKey Maize Working Group recently convened to gather information and strategize for the development and implementation of solutions to the maize mycotoxin problem in light of current and emerging technologies. This feature summarizes the Maize WG discussion and recommendations for addressing mycotoxin problems in maize. Discussions focused on aflatoxins, deoxynivalenol, fumonisins, and zearalenone, which are the most widespread and persistently important mycotoxins in maize. Although regional differences were recognized, there was consensus about many of the priorities for research and effective management strategies. For preharvest management, genetic resistance and selecting adapted maize genotypes, along with insect management, were among the most fruitful strategies identified across the mycotoxin groups. For postharvest management, the most important practices included timely harvest, rapid grain drying, grain cleaning, and carefully managed storage conditions. Remediation practices such as optical sorting, density separation, milling, and chemical detoxification were also suggested. Future research and communication priorities included advanced breeding technologies, development of risk assessment tools, and the development and dissemination of regionally relevant management guidelines.

Wintertarwe , geen topjaar maar toch goede opbrengsten; Triticale presteerde behoorlijk

Toenemende problemen met bladluizen waren de aanleiding voor UGent, Inagro en PIBO om in 2018 een onderzoeksproject op te starten. Het Vlaio-project werd ‘BYDV predictor’ gedoopt. Het wil de insecticideresistentie in Vlaanderen in kaart brengen en een beslissingsondersteunend model ontwikkelen voor landbouwers.

Onderzaai van een vanggewas is een optie bij mais : wat zjjn de voor- en nadelen ? ; Onkruidbestrijding na gelijk- of onderzaai

Infofiches

Praktische teelthandleidingen.

Het Landbouwcentrum Granen (LCG) legde dit jaar op negen plaatsen rassenproeven voor wintertarwe aan. Ondanks de droogte en de vroege oogst, lagen de opbrengsten doorgaans op een redelijk hoog niveau.

Triticale kan beter tegen droogte dan tarwe. Daardoor konden ondanks de droogte relatief hoge korrelopbrengsten genoteerd worden op de vier locaties waar het Landbouwcentrum Granen (LCG) dit jaar rassenproeven aanlegde voor dit interessante voedergewas.

De partners van het Landbouwcenrum Voedergewassen (LCV) organiseerden de laatste jaren heel wat proeven en demonstraties om maïstelers te helpen bij hun keuze.

In dit dossier Wintertarwe in het voorjaar de volgende artikelen; Bedachtzaam inspelen op resistente onkruiden. Bestrijding goudhaantje, een stap richting IPM.

Een tweejarig demonstratieproject van het Landbouwcentrum voor Voedergewassen (LCV) focust op verscheidene scenario’s van vruchtwisseling waarbij de financiële meerwaarde wordt doorgerekend in vergelijking met maïsmonocultuur. De parameters die gehanteerd worden zijn organische stof, pH, N-mineralisatie, bodemstructuur en vochtvoorziening.

De vergroeningsmaatregelen voorzien in het GLB en de nieuwe derogatieregels maken dat de onderzaai van gras bij maïs opnieuw meer onder de aandacht komt.

Hoewel triticale de laatste jaren aan belang inboette ten voordele van korrelmaïs, blijft het een interessant gewas in de vruchtafwisseling van veebedrijven. Om het opbrengstniveau veilig te stellen en de productiekosten laag te houden, moet een goede teelttechniek ondersteund worden door een doordachte rassenkeuze.

info:eu-repo/semantics/published

CIPF, LCV, CPL-Vegemar en Carah hebben 81 kuilmaïsrassen getest op meer dan 10 locaties in België. In dit artikel krijg je een overzicht van de rassen die hun goede kwaliteiten bevestigen en van vele nieuwe rassen met goede eigenschappen.

Het seizoen 2014 was gunstig voor de teelt van korrelmaïs, met goede opbrengsten tot gevolg. Door het goede najaar daalden in het algemeen ook de droogkosten tot een bevredigend niveau. De enige tegenvaller in 2014 was de lagere prijs per ton graan.

Hoewel triticale de laatste jaren aan belang inboette ten voordele van korrelmaïs, blijft het een interessant gewas in de vruchtafwisseling van bedrijven met vee. Een goede teelttechniek en een doordachte rassenkeuze zijn belangrijk, wil men het opbrengstniveau van triticale veiligstellen en de variabele productiekosten laag houden.

Met een goede teelttechniek bij maïs verlaagt de onkruiddruk, is de onkruidflora meer divers en geven de herbicidenbehandelingen betere resultaten. Een adequate inzet van herbiciden is, in een geïntegreerd systeem, het ‘sluitstuk’ van de onkruidbestrijding bij maïs.

Het Landbouwcentrum Granen (LCG) voorzag in 2013 rassenproeven voor triticale op 4 locaties. Door de moeilijke zaaiomstandigheden in het regenachtige najaar, met als gevolg een onregelmatige standdichtheid, werden de opbrengstresultaten van de proeven in Hoogstraten en Sint-Niklaas niet weerhouden.

In 2007 startte het het Landbouwcentrum voor Voedergewassen vzw (lcv) een vijfjarige proef in maïs waarbij de effecten van directe inzaai, niet-kerende grondbewerkingen en klassiek ploegen, in combinatie met groenbedekkers, worden vergeleken. We brengen de eerste tussentijdse resultaten.

Bladluizen kunnen het dwergvergelingsvirus, dat de dwergvergelingsziekte veroorzaakt, overbrengen en zo heel wat schade aanbrengen in wintergerst en wintertarwe. Een bladluisbestrijding in het najaar en het vroege voorjaar moet de overdracht van dit virus voorkomen. Een preventieve zaaizaadbehandeling met insecticide kan een eventuele insecticidenbehandeling na de uitzaai over het gewas uitsparen.

De Hogeschool Gent, departement Biowetenschappen en Landschapsarchitectuur, legde tijdens het groeiseizoen 2009-2010 in Bottelare een onkruidbestrijdingsproef in triticale aan. Dertien herbicidencombinaties met behandelingen, zowel voor als na de winter, werden uitgetest in een veld met cultivar Agrano.

In deze Focus op 7 artikelen over onderzoek in de biologische landbouw: 1) Biologische landbouw groeide met vallen en opstaan. 2) Bio- en biogerelateerd onderzoek binnen het ILVO. 3) Vlaams biokennisnetwerk in de maak. 4) CCBT (Coördinatiecentrum praktijkgericht onderzoek en voorlichting Biologische Teelt vzw) coördineert praktijkgericht onderzoek. 5) Biobedrijfsnetwerken, basis voor kennisnetwerk. 6) Hogescholen voeren praktijkgericht bio-onderzoek. 6) Bio zoekt Boer stimuleert omschakeling. 7) Veelzijdigheid van een biotuinbouwbedrijf

De nieuwste korrel- en kuilmaisrassen worden regionaal getest om aanvullende praktijkinformatie te krijgen met betrekking tot opbrengststabiliteit en mogelijke invloeden van lokale groeiomstandigheden

Onderzoek naar het effect van een behandeling met Gaucho, een systemisch werkend insecticide dat als zaadontsmetter kan worden aangewend, op de opkomst van mais en de bladluispopulatie tijdens het groeiseizoen

Het rapport "Evolutie van cultuurgewassen en rassen in Vlaanderen vanaf 1945" geeft een verklaring voor de evolutie van de arealen graangewassen, nijverheidsgewassen, grasland en voedergewassen, groenten, fruit en niet eetbare tuinbouwgewassen. Daarnaast wordt een toekomstkader uitgewerkt op basis van de voornaamste economische, ecologische, en sociale beleidsveranderingen die zich de laatste jaren in de Vlaamse Land en Tuinbouw aanmelden. Ook de interactie tussen plantenveredeling en gewas keuze zoals die zich aandient aan de landbouwer wordt besproken. Op basis van een beperkt aantal uitgangspunten worden diverse teelten door middel van een SWOT analyse onderzocht