Back to Search Start Over

Antigenic and molecular surveillance of influenza virus in the period 1994-1995

Authors :
Jong JC de
Bestebroer TM
Bijlsma K
Claas ECJ
Kleijne JAFW
Verweij C
Osterhaus ADME
Bartelds AIM
Loon AM van
VIR
Publication Year :
2012

Abstract

Het influenzavirus ondergaat frequente antigene veranderingen die jaarlijkse aanpassing van het influenzavaccin noodzakelijk maken. Voor dit doel coordineert de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) een mondiaal netwerk van virologische laboratoria. In dit kader vormen de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) en het RIVM tezamen het Nationaal Influenza Centrum (NIC) voor Nederland. De EUR verzamelt recente influenzavirusstammen uit de Nederlandse diagnostische laboratoria, analyseert deze met serologische en moleculaire technieken, vergelijkt deze met referentiestammen en met de door de WHO voorgestelde vaccinstammen en zendt de stammen naar de WHO. Het RIVM voert in samenwerking met NIVEL een surveillance van respiratoire virusinfecties uit. De hieronder geisoleerde influenzavirusstammen worden eveneens onderzocht met serologische en moleculaire technieken en naar de WHO verzonden. Bovendien verzamelt en analyseert het RIVM influenzavirusstammen uit het buitenland en vergelijkt deze met de Nederlandse stammen. In heel Europa behalve Zwitserland was de influenza-epidemie van 1994/95 laat en klein. Stammen van influenzavirus B, A(H3N2) en A(H1N1) circuleerden naast elkaar. Uit de seizoenen 1994 (zuidelijk halfrond), 1994/95 en 1995 werden 84 stammen van het type B, 82 van A(H3N2) en 16 van A(H1N1) onderzocht. De hoofdvariant van het B-virus uit 1994/95 verschilde in antigeen opzicht significant zowel van de hoofdvariant uit de vorige epidemie van 1992/93 als van de vaccinstam die in 1994/95 werd gebruikt. Noch de immuniteit verworven door infectie, noch die opgewekt door vaccinatie zullen derhalve optimale bescherming hebben geboden tegen infectie met type B in 1994/95. De voornaamste variant van het A(H3N2)-virus in 1994/95 evenwel verschilde in antigeen opzicht niet van die in de vorige epidemie van 1993/94, noch van de vaccinstam voor 1994/95. Zowel de natuurlijk verkregen immuniteit als de influenzavaccinatie zullen dus optimaal hebben beschermd tegen infectie met A(H3N2) virus in 1994/95. De A(H1N1) virusstammen uit 1994/95 weken evenmin af van die uit vorige jaren of van de in 1994/95 toegepaste vaccinstam. Bij vergelijking van de antigene eigenschappen en de RNA-nucleotidensequenties van de Nederlandse influenzavirusstammen van 1994/95 met die uit het buitenland werden geen verschillen van betekenis gevonden tussen deze twee groepen. In onze studie hebben wij onder de influenzavirusisolaten uit Oost-Azie uit 1995 geen nieuwe variant aangetroffen. In het licht van de gegevens gepresenteerd in dit rapport lijkt het advies van de WHO voor de vaccinsamenstelling voor 1995/96 adequaat.

Details

Language :
English
Database :
OpenAIRE
Accession number :
edsair.narcis........dd673b432d169ff0f4a223ddefde61c2