10 results on '"wadden sea birds"'
Search Results
2. Wadvogels van Allure: blauwe kiekendief en velduil : Onderzoeks- en monitoringsrapport
- Author
-
Schlaich, A., Klaassen, R., Schaub, T., Postma, M., Wiersma, P., Westerhuis, G., Hakkert, J., Vries, S. de, Bos, J., Schlaich, A., Klaassen, R., Schaub, T., Postma, M., Wiersma, P., Westerhuis, G., Hakkert, J., Vries, S. de, and Bos, J.
- Abstract
Blauwe kiekendief Circus cyaneus en velduil Asio flammeus zijn twee iconische vogelsoorten van het Waddengebied. Talrijk zijn ze nooit geweest, maar nu dreigen beide soorten als broedvogel uit Nederland te verdwijnen. Terwijl in de eerste helft van de jaren negentig van de vorige eeuw nog ruim honderd paar blauwe kiekendieven in het Waddengebied broedden, gaat het de laatste jaren nog maar om een handvol broedparen. Ook de velduil is met minder dan 10 broedparen op de eilanden een zeer schaarse broedvogel geworden. De achteruitgang van blauwe kiekendief en velduil wordt veroorzaakt door een scala aan factoren met deels internationale dimensies. Eén van de specifieke problemen in Nederland is de verslechtering van de voedselsituatie voor blauwe kiekendief en velduil in zowel duingebied als agrarisch gebied. Wadvogels van Allure voorzag in de uitrol van een relatief nieuwe maatregel voor blauwe kiekendief en velduil in het Waddengebied: de vogelakker. De vogelakker is een meerjarige maatregel waarin zich een muizenpopulatie kan ontwikkelen. Deze muizen zijn het hele jaar door bejaagbaar voor blauwe kiekendief en velduil. Vogelakkers beogen zo bij te dragen aan een verbetering van het voedselaanbod voor muizeneters. In het kader van Wadvogels van Allure zijn verspreid in het Waddengebied 150 ha vogelakkers aangelegd. Deze vogelakkers waren met name geclusterd bij agrariërs en Natuurmonumenten op Texel en bij akkerbouwers in de Oost-Groningse Dollardpolders. De aanleg van vogelakkers ging gepaard met uitgebreide monitoring en aanvullend onderzoek. Dit bestond onder meer uit tellingen van (veld)muizen en vogels in vogelakkers, voedselonderzoek en onderzoek naar habitatgebruik door middel van zenderonderzoek.
- Published
- 2021
3. Broedsucces van kustbroedvogels in de Waddenzee in 2014
- Author
-
P. de Boer, Kees Oosterbeek, A. van Kleunen, K. Koffijberg, J.S.M. Cremer, and F. Hustings
- Subjects
wadden sea birds ,wadden sea ,broedvogels ,wadvogels ,breeding birds ,coastal areas ,monitoring ,Onderzoeksformatie ,birds ,waddenzee ,WOT Natuur & Milieu ,vogels ,kustgebieden - Abstract
Data have been collected on the breeding success of several characteristic coastal breeding birds in theWadden Sea each year since 2005. Ten birds species considered representative of specific habitats and foodgroups are being monitored. The coastal breeding birds reproduction monitoring network is run as an ‘earlywarning system’ to follow the reproductive capacity of the bird populations in the Wadden Sea andunderstand the processes underlying fluctuations in populations. It is a valuable addition to the monitoring ofpopulation numbers and is carried out under a trilateral agreement with Germany and Denmark (TMAP). Theresults from 2014 show that many species of coastal breeding birds are still facing difficulties. The breedingsuccess of Eurasian Oystercatcher, Pied Avocet, Black-headed Gull, Common Tern and Arctic Tern inparticular is too low or much too low to maintain a stable population. In contrast, the breeding success ofHerring Gull is better than a few seasons ago. Erection of electric fencing around breeding sites of PiedAvocet and Black-headed Gull to protect them from predation has led to higher nest success. The maincauses of poor breeding performance appear to be predation by foxes and brown rats and insufficient foodavailability for the young Sinds 2005 worden in de Waddenzee jaarlijks gegevens verzameld over het broedsucces van een aantalkarakteristieke kustbroedvogels. Hiervoor worden tieSn vogelsoorten gevolgd die representatief wordengeacht voor specifieke leefgebieden en voedselgroepen. Het reproductiemeetnet kustbroedvogels wordtuitgevoerd als een ‘early warning systeem’ om het reproducerend vermogen van de vogelpopulaties in deWaddenzee te volgen en de achterliggende processen van populatieveranderingen te doorgronden. Hetfungeert als een wezenlijke aanvulling op de monitoring van status en trends in populatiegrootte en wordtuitgevoerd in het kader van trilaterale afspraken met Duitsland en Denemarken (TMAP). Uit de resultaten uit2014 blijkt dat nog steeds veel soorten kustbroedvogels het moeilijk hebben. Het broedsucces van vooralScholekster, Kluut, Kokmeeuw Visdief en Noordse Stern is (ruim) onvoldoende om de populatie op peil tehouden. Zilvermeeuw lijkt daarentegen beter te presteren dan een aantal seizoenen terug. Het uitrasterenvan de broedende Kluten bij de Klutenplas en Kokmeeuwen in Oterdum (met elektrisch raster tegenpredatie) heeft een hoger nestsucces tot gevolg gehad. Oorzaken van slechte broedresultaten lijken vooralpredatie door Vossen en Bruine ratten en een te geringe voedselbeschikbaarheid voor de jongen
- Published
- 2016
- Full Text
- View/download PDF
4. Broedsucces van kustbroedvogels in de Waddenzee in 2014
- Author
-
Koffijberg, K., Cremer, J.S.M., de Boer, P., Postma, J., Oosterbeek, K., Koffijberg, K., Cremer, J.S.M., de Boer, P., Postma, J., and Oosterbeek, K.
- Abstract
Data have been collected on the breeding success of several characteristic coastal breeding birds in theWadden Sea each year since 2005. Ten birds species considered representative of specific habitats and foodgroups are being monitored. The coastal breeding birds reproduction monitoring network is run as an ‘earlywarning system’ to follow the reproductive capacity of the bird populations in the Wadden Sea andunderstand the processes underlying fluctuations in populations. It is a valuable addition to the monitoring ofpopulation numbers and is carried out under a trilateral agreement with Germany and Denmark (TMAP). Theresults from 2014 show that many species of coastal breeding birds are still facing difficulties. The breedingsuccess of Eurasian Oystercatcher, Pied Avocet, Black-headed Gull, Common Tern and Arctic Tern inparticular is too low or much too low to maintain a stable population. In contrast, the breeding success ofHerring Gull is better than a few seasons ago. Erection of electric fencing around breeding sites of PiedAvocet and Black-headed Gull to protect them from predation has led to higher nest success. The maincauses of poor breeding performance appear to be predation by foxes and brown rats and insufficient foodavailability for the young, Sinds 2005 worden in de Waddenzee jaarlijks gegevens verzameld over het broedsucces van een aantalkarakteristieke kustbroedvogels. Hiervoor worden tieSn vogelsoorten gevolgd die representatief wordengeacht voor specifieke leefgebieden en voedselgroepen. Het reproductiemeetnet kustbroedvogels wordtuitgevoerd als een ‘early warning systeem’ om het reproducerend vermogen van de vogelpopulaties in deWaddenzee te volgen en de achterliggende processen van populatieveranderingen te doorgronden. Hetfungeert als een wezenlijke aanvulling op de monitoring van status en trends in populatiegrootte en wordtuitgevoerd in het kader van trilaterale afspraken met Duitsland en Denemarken (TMAP). Uit de resultaten uit2014 blijkt dat nog steeds veel soorten kustbroedvogels het moeilijk hebben. Het broedsucces van vooralScholekster, Kluut, Kokmeeuw Visdief en Noordse Stern is (ruim) onvoldoende om de populatie op peil tehouden. Zilvermeeuw lijkt daarentegen beter te presteren dan een aantal seizoenen terug. Het uitrasterenvan de broedende Kluten bij de Klutenplas en Kokmeeuwen in Oterdum (met elektrisch raster tegenpredatie) heeft een hoger nestsucces tot gevolg gehad. Oorzaken van slechte broedresultaten lijken vooralpredatie door Vossen en Bruine ratten en een te geringe voedselbeschikbaarheid voor de jongen
- Published
- 2016
5. Onverwachte uitkomsten van het dynamisch kustbeheer op Ameland
- Author
-
Krol, J., Löffler, M., and Slim, P.A.
- Subjects
wadden sea birds ,wadvogels ,verandering ,ecological restoration ,duingebieden ,kustbeheer ,duneland ,dutch wadden islands ,nederlandse waddeneilanden ,coastal management ,flora ,CE - Vegetation and Landscape Ecology ,ecologisch herstel ,change ,fauna - Abstract
Bij dynamisch kustbeheer wordt de zeereep met rust gelaten. Zand mag stuiven, zeewater mag hier en daar het land in. Soms worden er zelfs sleuven in de zeereep gegraven. Op West-Ameland stopte men in 1995 met het aanplanten van helm en het plaatsen van stuifschermen in de zeereep. Er veranderde veel, maar lang niet altijd door het nieuwe beheer.
- Published
- 2013
6. Voedselkeuzes en draagkracht: de mogelijke consequenties van veranderingen in de draagkracht van Nederlandse kustwateren op het voedsel van schelpdieretende wad- en watervogels
- Author
-
Smit, C.J., Brinkman, A.G., Ens, B.J., and Riegman, R.
- Subjects
voedsel ,wadden sea birds ,wadden sea ,food chains ,noordzee ,ecosystemen ,voedselketens ,habitats ,sea birds ,wildlife management ,wildbeheer ,nature conservation policy ,wadvogels ,food ,zeevogels ,populations ,kustwateren ,Wageningen Marine Research ,coastal water ,food supply ,voedselvoorkeuren ,north sea ,waddenzee ,voedselvoorziening ,natuurbeleid ,populaties ,ecosystems ,food preferences - Abstract
De Waddenzee en de Noordzeekustzone zijn aangewezen als Natura2000-gebieden. Naast een verplichting tot instandhouding is voor de Waddenzee een verbeterdoelstelling geformuleerd voor de schelpdieretende vogelsoorten Eider (als broedvogel en als niet-broedvogel), Topper, Kanoet, Scholekster en Steenloper (voor deze soorten als niet-broedvogel). Voor de Noordzeekustzone zijn voor schelpdieretende kustvogels en voor de aangewezen habitattypen alleen behoudsdoelstellingen geformuleerd. Anno 2010 voldoen de populaties van de Topper, de Kanoet en de Steenloper aan de Instandhoudingsdoelstellingen voor de Waddenzee. De aantallen van de Eider en de Scholekster liggen lager dan de geformuleerde doelstellingen. In de Noordzeekustzone liggen de aantallen Zwarte Zee-eenden, Eiders en Scholeksters onder de geformuleerde Instandhoudingsdoelstellingen. Voor de Kanoet werden deze gehaald tussen 1999-2000 en 2003-2004 maar de actuele situatie is onduidelijk. Gedurende de laatste decennia waren verscheidene factoren van belang voor de aantalsontwikkeling van de meeste schelpdieretende vogelsoorten. Het toenmalige Ministerie van LNV (nu EL&I) heeft in 2008 aan IMARES vragen gesteld die in het kader van een zogenaamd BO-project moesten worden beantwoord. Voor de belangrijkste soorten schelpdieretende vogels (de hierboven genoemde soorten plus de Zwarte Zeeeend) gaat het om de volgende vragen: In hoeverre is het benodigde voedsel aanwezig? Is het beschikbare voedsel van voldoende kwaliteit? Is het preferente voedsel beschikbaar en bereikbaar? Krijgen de vogels voldoende gelegenheid om het voedsel ook te bemachtigen (onder invloed van ecologische en antropogene factoren)? Deze basisvragen zijn door het Ministerie voor de 6 te onderzoeken vogelsoorten (Eider, Zwarte Zeeeend, Toppereend, Scholekster, Kanoet en Steenloper) vertaald naar de in Hoofdstukken 3 t/m 8 weergegeven kennisvragen per soort. Deze richten zich vooral op de voedselecologie van de genoemde schelpdieretende soorten. De centrale vraag die in dit rapport wordt besproken is in hoeverre de condities binnen de Waddenzee en de Noordzeekustzone van invloed zijn of kunnen zijn op de populatieomvang van de genoemde soorten. De belangrijkste factoren die hierop invloed kunnen hebben zijn habitatgeschiktheid en voedselvoorziening. Habitatgeschiktheid is in deze gebieden vooral gekoppeld aan de aanwezigheid van geschikte leefgebieden en verstoring, voedselvoorziening aan de beschikbaarheid van voldoende hoeveelheden geschikte prooidieren.
- Published
- 2011
7. Voedselkeuzes en draagkracht: de mogelijke consequenties van veranderingen in de draagkracht van Nederlandse kustwateren op het voedsel van schelpdieretende wad- en watervogels
- Subjects
voedsel ,wadden sea birds ,wadden sea ,food chains ,noordzee ,ecosystemen ,voedselketens ,habitats ,sea birds ,wildlife management ,wildbeheer ,nature conservation policy ,wadvogels ,food ,zeevogels ,populations ,kustwateren ,Wageningen Marine Research ,coastal water ,food supply ,voedselvoorkeuren ,north sea ,waddenzee ,voedselvoorziening ,natuurbeleid ,populaties ,ecosystems ,food preferences - Abstract
De Waddenzee en de Noordzeekustzone zijn aangewezen als Natura2000-gebieden. Naast een verplichting tot instandhouding is voor de Waddenzee een verbeterdoelstelling geformuleerd voor de schelpdieretende vogelsoorten Eider (als broedvogel en als niet-broedvogel), Topper, Kanoet, Scholekster en Steenloper (voor deze soorten als niet-broedvogel). Voor de Noordzeekustzone zijn voor schelpdieretende kustvogels en voor de aangewezen habitattypen alleen behoudsdoelstellingen geformuleerd. Anno 2010 voldoen de populaties van de Topper, de Kanoet en de Steenloper aan de Instandhoudingsdoelstellingen voor de Waddenzee. De aantallen van de Eider en de Scholekster liggen lager dan de geformuleerde doelstellingen. In de Noordzeekustzone liggen de aantallen Zwarte Zee-eenden, Eiders en Scholeksters onder de geformuleerde Instandhoudingsdoelstellingen. Voor de Kanoet werden deze gehaald tussen 1999-2000 en 2003-2004 maar de actuele situatie is onduidelijk. Gedurende de laatste decennia waren verscheidene factoren van belang voor de aantalsontwikkeling van de meeste schelpdieretende vogelsoorten. Het toenmalige Ministerie van LNV (nu EL&I) heeft in 2008 aan IMARES vragen gesteld die in het kader van een zogenaamd BO-project moesten worden beantwoord. Voor de belangrijkste soorten schelpdieretende vogels (de hierboven genoemde soorten plus de Zwarte Zeeeend) gaat het om de volgende vragen: In hoeverre is het benodigde voedsel aanwezig? Is het beschikbare voedsel van voldoende kwaliteit? Is het preferente voedsel beschikbaar en bereikbaar? Krijgen de vogels voldoende gelegenheid om het voedsel ook te bemachtigen (onder invloed van ecologische en antropogene factoren)? Deze basisvragen zijn door het Ministerie voor de 6 te onderzoeken vogelsoorten (Eider, Zwarte Zeeeend, Toppereend, Scholekster, Kanoet en Steenloper) vertaald naar de in Hoofdstukken 3 t/m 8 weergegeven kennisvragen per soort. Deze richten zich vooral op de voedselecologie van de genoemde schelpdieretende soorten. De centrale vraag die in dit rapport wordt besproken is in hoeverre de condities binnen de Waddenzee en de Noordzeekustzone van invloed zijn of kunnen zijn op de populatieomvang van de genoemde soorten. De belangrijkste factoren die hierop invloed kunnen hebben zijn habitatgeschiktheid en voedselvoorziening. Habitatgeschiktheid is in deze gebieden vooral gekoppeld aan de aanwezigheid van geschikte leefgebieden en verstoring, voedselvoorziening aan de beschikbaarheid van voldoende hoeveelheden geschikte prooidieren.
- Published
- 2011
8. Onverwachte uitkomsten van het dynamisch kustbeheer op Ameland : waterwetenschap, toegepaste wetenschap in de watersector
- Author
-
Krol, J., Löffler, M.A.M., Slim, P.A., Krol, J., Löffler, M.A.M., and Slim, P.A.
- Abstract
Bij dynamisch kustbeheer wordt de zeereep met rust gelaten. Zand mag stuiven, zeewater mag hier en daar het land in. Soms worden er zelfs sleuven in de zeereep gegraven. Op West-Ameland stopte men in 1995 met het aanplanten van helm en het plaatsen van stuifschermen in de zeereep. Er veranderde veel, maar lang niet altijd door het nieuwe beheer.
- Published
- 2013
9. Vijftien jaar experimenteren met dynamisch kustbeheer op Ameland
- Author
-
Krol, J., Löffler, K.M.A.M., Slim, P.A., Krol, J., Löffler, K.M.A.M., and Slim, P.A.
- Abstract
Sinds 1990 doet Nederland aan dynamisch kustbeheer. Op steeds meer plekken wordt de zeereep met rust gelaten. Zand mag stuiven, zeewater mag hier en daar het land in, en waar nodig wordt de kustlijn op zijn plaats gehouden door zandsuppleties. Op een beperkt aantal plekken worden zelfs sleuven in de zeereep gegraven. Op West-Ameland is de aanpak minder ingrijpend. Hier stopte in 1995 de aanplant van helm en de plaatsing van stuifschermen in de zeereep. Daarna veranderde er weliswaar veel, maar lang niet altijd door het nieuwe beheer.
- Published
- 2013
10. Onverwachte uitkomsten van het dynamisch kustbeheer op Ameland
- Subjects
wadden sea birds ,wadvogels ,verandering ,ecological restoration ,duingebieden ,kustbeheer ,duneland ,dutch wadden islands ,nederlandse waddeneilanden ,coastal management ,flora ,CE - Vegetation and Landscape Ecology ,ecologisch herstel ,change ,fauna - Abstract
Bij dynamisch kustbeheer wordt de zeereep met rust gelaten. Zand mag stuiven, zeewater mag hier en daar het land in. Soms worden er zelfs sleuven in de zeereep gegraven. Op West-Ameland stopte men in 1995 met het aanplanten van helm en het plaatsen van stuifschermen in de zeereep. Er veranderde veel, maar lang niet altijd door het nieuwe beheer.
- Published
- 2013
Catalog
Discovery Service for Jio Institute Digital Library
For full access to our library's resources, please sign in.